Hoofdstuk 3 - Paragrafen

3.1 Provinciale belastingen en heffingen

3.1.2 Opcenten motorrijtuigenbelasting

De motorrijtuigenbelasting wordt geheven over het bezit van een motorvoertuig. Bovenop de motorrijtuigenbelasting betalen houders van personenauto’s en motoren provinciale opcenten. De opcenten zijn een procentuele opslag op de motorrijtuigenbelasting.

De Verordening op de heffing van opcenten op de hoofdsom van de motorrijtuigenbelasting provincie Utrecht is de grondslag voor het heffen van opcenten op de hoofdsom van de motorrijtuigenbelasting. U heeft die verordening op 27 juni 2011 vastgesteld en voor de laatste keer gewijzigd bij besluit van 10 november 2021.

In het coalitieakkoord 2019-2023 is afgesproken om het tarief voor de provinciale opcenten motorrijtuigenbelasting vanaf 2020 jaarlijks te indexeren met het verwachte consumentenprijsindexcijfer zoals vastgelegd in de meicirculaire provinciefonds. Voor het jaar 2023 bedraagt dit indexcijfer 2,4%. Hierdoor wordt het tarief met ingang van 1 januari 2023 verhoogd van 77,5 naar 79,4. In verband met deze verhoging is een aanpassing van de Verordening op de heffing van opcenten op de hoofdsom van de motorrijtuigenbelasting provincie Utrecht noodzakelijk.

Voor de raming van de verwachte opbrengst uit de opcenten in de begroting wordt sinds 2016 uitgegaan van de raming die door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) wordt geformuleerd in de meicirculaire Provinciefonds van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar. Deze raming wordt jaarlijks opgesteld om te komen tot de berekening van de provinciefondsuitkering. De opbrengst voor het jaar 2023 bedraagt volgens de meicirculaire naar verwachting € 1.827.672,10 per opcent. Deze opbrengst is als uitgangspunt genomen voor de raming van de opbrengst in de jaren 2023 tot en met 2026. Rekening houdend met het tarief van 79,4 en een verwachte opbrengst van € 1.827.672,10 per opcent komt de verwachte opbrengst voor het jaar 2023 uit op afgerond € 145.114.000.

Daarnaast wordt voor de jaren 2024 tot en met 2026 een jaarlijkse groei verwacht van 1,1%. Deze verwachte stijging van de opbrengst is gebaseerd op de landelijke mutatie van de opbrengst per opcent in het jaar 2022 ten opzichte van 2021.

Onder de huidige wetgeving van het Rijk geldt dat elektrische auto’s helemaal, en zuinige auto’s voor een deel, zijn vrijgesteld van motorrijtuigenbelasting en daarmee dus ook voor de provinciale opcenten op de motorrijtuigenbelasting. Deze afspraak geldt tot en met 2024. Vanaf 2025 wordt de vrijstelling beperkt tot 25% en vanaf 2026 is er geen vrijstelling meer. In maart 2022 heeft het kabinet besloten provincies met terugwerkende kracht te compenseren voor deze gederfde inkomsten en dit is verwerkt in de meicirculaire van 2022. Uiterlijk in 2024 vindt besluitvorming door het Rijk plaats over de vraag of de huidige vrijstelling zal worden verlengd. In deze begroting zijn wij er van uit gegaan dat de zuinige auto’s vanaf 2025 zullen worden belast met motorrijtuigenbelasting of het Rijk opnieuw zal compenseren. Wordt de huidige vrijstelling vanaf 2025 verlengd en besluit het kabinet in tegenstelling tot nu niet te compenseren, dan zal de opbrengst vanaf 2025 mogelijk lager uitvallen dan nu wordt verwacht.

Voor het jaar 2022 en de daarop volgende jaren wordt de opbrengst uit de opcenten gebaseerd op het hiervoor genoemde per jaar geïndexeerde tarief, als volgt geraamd:

2022

2023

2024

2025

2026

Primaire Begroting 2022

139.414

142.745

145.099

147.636

147.636

Bijstelling Kadernota 2023-2026

0

999

1.016

1.033

2.987

Mutatie o.b.v. Meicirculaire 2022

686

1.370

4.116

6.860

9.762

Opbrengst opcenten zuinige auto’s

0

0

0

9.685

14.141

Totaal geraamde opbrengst

140.100

145.114

150.231

165.214

174.526

Tarief provinciale opcenten

74,9

79,4

81,3

83,3

85,0

Deze pagina is gebouwd op 09/29/2022 15:43:06 met de export van 09/29/2022 15:15:08