3.9.1 Brede welvaart als sturingsprincipe
In het coalitieakkoord 2019-2023 is vastgelegd dat wij streven naar brede welvaart voor iedereen. Verbetering van de brede welvaart is het uitgangspunt van de drie regiodeals waarbij wij zijn betrokken (Foodvalley, Groene Hart, Vitale wijken), van de Regionale Economische Agenda (REA) en daarmee ook van de Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Regio Utrecht (ROMRU).
Brede welvaart kijkt voorbij de economische groei als belangrijkste indicator voor maatschappelijke vooruitgang. Het welzijn van mensen (people), balans in de natuur (planet) en een inclusieve economische ontwikkeling (profit) geven in brede zin een beeld van maatschappelijke ontwikkeling. Sinds 2009 zijn hiervoor honderden meetsystemen opgezet. Na het eindrapport van de Tijdelijke Kamercommissie Breed Welvaartsbegrip (2016) startte het Centraal Bureau voor de Statistiek met de ontwikkeling van de Monitor Brede Welvaart voor Nederland, in nauwe internationale samenwerking. In 2019 is deze CBS-monitor ook in lijn gebracht van de Sustainable Development Goals van de VN.
Sinds 2020 heeft het CBS deze Monitor Brede Welvaart geregionaliseerd, zodat deze nu ook data bevat voor provincies, regio's en gemeenten. Wij maken gebruik van deze dataset om aan te sluiten bij vergelijkbaarheid op nationaal niveau en met andere provincies en regio's.
Brede welvaart is inmiddels een concept dat breed wordt gedragen maar dat wel verdere uitwerking vraagt. Op verschillende aspecten van brede welvaart hebben overheden geen tot beperkte invloed, of is de invloed van overheidsbeleid indirect door de complexiteit van oorzaken en gevolg (causaliteit). In de beleidspraktijk wordt monitoring van brede welvaart in verschillende landen dan ook vooral gebruikt als analyse-instrument om opgaven te identificeren en te prioriteren, niet als verantwoordingsinstrument. Anders gezegd: bredewelvaartsindicatoren zijn voor het grootste deel outcome-indicatoren, in een enkel geval effectindicatoren en in geen enkel geval prestatie-indicatoren.