Hoofdstuk 3 - Paragrafen

3.9 Brede welvaart indicatoren

3.9.2 Monitoring van het verleden en modellering van de toekomst

De stand en de ontwikkeling van brede welvaart is op basis van een consistente indicatorenset te meten. Voorwaarde daarbij is dat verschijnselen meetbaar zijn op basis van een heldere definitie, en dat de periodieke gegevens afkomstig zijn uit een betrouwbare bron. Deze consistentie wordt gegarandeerd door aan te sluiten bij de regionale monitor brede welvaart van het CBS. De basis wordt gevormd door de scores op indicatoren die de brede welvaart 'hier & nu' bepalen, en de vormen van (sociaal, natuurlijk, menselijk en economisch) kapitaal die de brede welvaart later beïnvloeden. Een dergelijke trendanalyse kan inzicht opleveren in de sterke punten van een provincie of regio en in haar opgaven. Dit is de meest gebruikelijke wijze waarop bredewelvaartsindicatoren momenteel worden ingezet.

Zowel het rijk als decentrale overheden zijn actief om het concept brede welvaart beter toepasbaar te maken voor beleid. In het regeerakkoord 2021-2025 adresseren zowel de nieuwe regiodeals als het klimaatbeleid brede welvaart in respectievelijk de regio's en voor volgende generaties als doel. Het PBL bundelde hiervoor de conclusies uit het onderzoeksprogramma rond de regiodeals 2019-2022. Een van de oplossingsrichtingen is volgens PBL meer regionale samenwerking om voorzieningen voor inwoners (beter) toegankelijk te maken en te houden. In 2022 is een landelijk netwerk gevormd van kennisinstellingen en onderzoeks- en trendbureaus van decentrale overheden om het concept brede welvaart en de meest gangbare monitoringsinstrumenten hanteerbaar te maken voor decentraal beleid. Wij sluiten op een 'light' manier bij dit netwerk aan. Vanuit het provinciale programma Slimmer met Data loopt binnen onze provincie een pilot om de langetermijntrends in de regionale brede welvaart in beeld te brengen en deze analyse te gebruiken voor beleidsprioritering. Daarbij is het CBS om een extra analyse gevraagd om inzicht te krijgen in de verdeling van brede welvaart naar opleidingsniveau, leeftijd en geslacht. De pilot focust enerzijds op duiding van de uitkomsten in de provinciale beleidscontext en anderzijds op vernieuwende visualisatie voor een breder publiek. Oplevering is gepland voor het vierde kwartaal van 2022.

Operationalisering van brede welvaart leunt nu nog op monitoring van resultaten uit het verleden. Dat is een noodzakelijke basis omdat dit inzicht geeft in feiten en trends. Daarnaast echter vragen overheden (EU, Rijk, regio's) om prognosemodellen die inzicht geven in de toekomstige bredewelvaartseffecten van beleid. De drie planbureaus (CPB (economie), PBL (leefomgeving) en SCP (samenleving)) werken daar momenteel samen aan. Daarvoor onderscheiden zij binnen brede welvaart acht thema's:

1. subjectief welzijn
2. gezondheid
3. consumptie en inkomen
4. onderwijs en opleiding
5. ruimtelijke samenhang en ruimtelijke kwaliteit
6. economisch kapitaal
7. natuurlijk kapitaal
8. sociaal kapitaal.

Het werk van de planbureaus richt zich eerst op een beschrijving van de samenhangen tussen de thema's. Zo is opleidingsniveau aantoonbaar van invloed op inkomen, gezondheid, subjectief welzijn en economisch kapitaal. Daarnaast gaat aandacht uit naar de verdeling van brede welvaart naar bijvoorbeeld opleidingsniveau, leeftijd, etnische achtergrond, woonlocaties. Deze analyses zijn nodig voordat een nieuwe set kernindicatoren kan worden ontwikkeld die via modellering inzicht kunnen geven in toekomstverkenningen van brede welvaart en effecten van beleid op brede welvaart. Daarbij wordt voortgebouwd op de bestaande monitoring, analyses en modelleringsinstrumenten van het CBS en de planbureaus. Wij blijven deze ontwikkelingen volgen en sluiten hierbij zoveel mogelijk aan.

Deze pagina is gebouwd op 09/29/2022 15:43:06 met de export van 09/29/2022 15:15:08