3.1.4 | De fysieke leefomgeving wordt beter voorbereid op klimaatverandering |
---|---|
Toelichting op meerjarendoel | |
Het klimaat verandert nog steeds in hoog tempo. De in 2021 en 2022 uitgebrachte nieuwe internationale rapporten van klimaatwetenschappers laten een verontrustend beeld zien. Acties gericht op het verminderen van de snelheid van opwarming of zelfs verlaging van de temperatuur hebben nog onvoldoende effect. De temperatuurstijging zet wereldwijd door, zeker ook in Nederland. De weersomstandigheden worden steeds extremer. Daarom blijft het aanpassen aan klimaatverandering een essentieel onderdeel van het landelijke en provinciale klimaatbeleid. Met het Programma Klimaatadaptatie 2020-2023 is vooruitgang geboekt in het streven om klimaatadaptatie een richtinggevend onderdeel te maken van het provinciale beleid en uitvoeringsinstrumentarium. Binnen de regio wordt stevig aan de weg getimmerd om klimaatadaptatie in de praktijk te brengen. Daar werken de regionale samenwerkingsverbanden, waterschappen, gemeenten, maatschappelijke organisaties en brancheorganisaties samen aan. De in 2021 tot stand gekomen Afspraken klimaatadaptief bouwen Utrecht zijn, voor zover het nieuwbouw betreft, integraal overgenomen in het Convenant Duurzame Woningbouw. Ze zijn inmiddels ondertekend of omarmd door meer dan 30 partijen. Een eerste serie lokale hitteplannen is in 2022 tot stand gekomen. De subsidieregeling Klimaatbestendige, groene en gezonde gteden en gorpen is een groot succes, vooral op het onderwerp groenblauwe schoolpleinen. Op het gebied van landbouw zijn gerichte stresstesten uitgevoerd en potentiële maatregelen concreet gemaakt en gebundeld in de vorm van inspirerende verhalen van voorbeeldboeren. In 2022 zijn ook risico’s en kansen in beeld gebracht van klimaatverandering op de provinciale infrastructuur. Drie inhoudelijke doelen staan centraal in het programma:
Beoogd resultaat 2023
|