In de Nota kapitaalgoederen Mobiliteit 2021 die u op 30 juni 2021 heeft vastgesteld is een jaarlijkse budgetbehoefte van € 21,68 miljoen begroot voor de vaste en variabele lasten van het beheer en onderhoud van de openbaar vervoerassets. Bij het toekennen van de beschikbare middelen is rekening gehouden met een vertragingsfactor van 80% bij het variabel onderhoud, hierdoor is er jaarlijks € 21,029 miljoen beschikbaar voor het beheer en onderhoud van de openbaarvervoerassets.
De werkelijke kosten voor het variabele beheer en onderhoud fluctueren jaarlijks. De jaarlijkse onderhoudskosten worden inzichtelijk gemaakt in het MOP. Het MOP is de begroting voor het onderhoud van de provinciale infrastructuur van wegen, vaarwegen en openbaarvervoerassets. In het MOP 2023 zijn onderstaande onderhoudskosten voor de ov-assets begroot:
MOP 2023 | Vast | Variabel | Totaal |
---|---|---|---|
Trammaterieel | € 6.960.000 | € 175.000 | € 7.135.000 |
Infrastructuur | € 8.221.000 | € 1.300.000 | € 9.521.000 |
Telematica | € 971.000 | € 565.000 | € 1.536.000 |
Gebouwen | € 1.165.000 | € 0 | € 1.165.000 |
Haltes | € 625.000 | € 0 | € 625.000 |
Algemene beheerkosten | € 777.000 | € 400.000 | € 1.177.000 |
Totaal | € 18.719.000 | € 2.440.000 | € 21.159.000 |
2023
Volgens de Nota kapitaalgoederen wordt bij het variabel onderhoud rekening gehouden met een vertragingsfactor van 80%. Voor de jaarschijven 2024-2026 is er geen opgave en is ervoor gekozen om de budgetbehoefte uit de Nota kapitaalgoederen Mobiliteit te volgen. Dit heeft als voordeel dat dit een stabiel beeld geeft van de financiële ontwikkeling, terwijl het MOP grote fluctuatie geeft en in de toekomstige jaren nog veel onzekerheden bevat.
Het vast onderhoud wordt uit de structureel beschikbare middelen gedekt. Het restant wordt ingezet om de variabele kosten te dekken. Het verschil wordt met de reserve Beheer en onderhoud OV Assets verrekend.
Onderhoudskosten | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
---|---|---|---|---|
MOP 2023 | ||||
Vast | € 18.719.000 | € 18.719.000 | € 18.719.000 | € 18.719.000 |
Variabel | € 2.440.000 | € 3.870.000 | € 3.870.000 | € 3.870.000 |
Begroting 2023 | ||||
Vast | € 18.719.000 | € 18.719.000 | € 18.719.000 | € 18.719.000 |
Variabel (80%) | € 1.952.000 | € 3.096.000 | € 3.096.000 | € 3.096.000 |
Totaal begroot | € 20.671.000 | € 21.815.000 | € 21.815.000 | € 21.815.000 |
Beschikbaar | € 21.029.000 | € 21.029.000 | € 21.029.000 | € 21.029.000 |
Mutatie reserve | € 358.000 -/- | € 786.000 | € 786.0000 | € 786.000 |
Verloop reserve Beheer en onderhoud OV assets 2022 | ||||
Beginstand | € 2.350.000 | € 2.708.000 | € 1.992.000 | € 1.136.000 |
Mutatie reserve | € 358.000 | € 786.000 -/- | € 786.000 -/- | € 786.000 -/- |
Eindstand | € 2.70 8.000 | € 1 .992.000 | € 1.136.000 | € 35 0.000 |
Op de openbaarvervoerassets zijn er ook baten, vooral uit de verhuur van de trams aan de concessiehouder (€ 9,9 miljoen), de rijksbijdrage (€ 5,1 miljoen) en huur- en servicekosten van de gebouwen ( 1,9 miljoen).
De beheer- en onderhoudskosten liggen in 2023 onder het niveau van de Nota Kapitaalgoederen. Dat komt door de lagere variabele kosten ten opzicht van de meerjarenraming in de Nota Kapitaalgoederen die al rekening houdt met groot onderhoud aan de assets in de toekomst. De vaste kosten zijn € 900.000 hoger dan de verwachting in de Nota Kapitaalgoederen. Dit is het gevolg van de kosten die zijn opgenomen voor het onderhoud aan de busstalling Westraven, de indexering van het onderhoudscontract voor materieel, en hogere kosten vanaf 2022 voor de trambeveiliging en het nieuwe systeem voor (data)communicatie en het exploitatiebeheer.