De Omgevingsvisie en Interim Omgevingsverordening (met werking onder de huidige wetgeving) vormen de basis voor onze overkoepelende, integrale aanpak van de maatschappelijke opgaven in de fysieke leefomgeving. Zodra de Omgevingswet in werking is getreden, vormt de Omgevingsverordening samen met de Omgevingsvisie deze basis. U heeft die Omgevingsverordening op 30 maart 2022 vastgesteld. Werken met de Omgevingswet geborgd
Op 1 januari 2023 treedt volgens de huidige inzichten de Omgevingswet in werking. Vanaf dat moment werken we met een nieuw instrumentarium, (ver)nieuw(d)e werkprocessen en voor een deel andere en nieuwe taken. De impact van deze nieuwe wetgeving op de organisatie is groot. Afgelopen jaren is de organisatie hierop voorbereid met inzet van het programma Omgevingswet. Per september 2022 is een groot aantal structurele taken geborgd in de organisatie en voert het programma Omgevingswet alleen nog taken uit met een tijdelijk karakter. Voortzetting programma Omgevingswet in lichte vorm
Als gevolg van het uitstel van de inwerkingtreding van de Omgevingswet van 1 juli 2022 naar 1 januari 2023 loopt een deel van het programma Omgevingswet door. We kiezen daarbij wel voor een lichte vorm. Veel onderdelen van het programma die klaar zijn (zoals Omgevingsvisie, Omgevingsverordening en werkprocessen) zijn overgedragen aan de lijnorganisatie. Voor een aantal zaken is nog inzet vanuit het programma nodig, zoals doorontwikkeling Digitaal Stelsel Omgevingswet, communicatie en bestuurlijke advisering over de Omgevingswet. Samenwerking in de beleidscyclus
Het werken met de Omgevingswet is in de organisatie geborgd aan de hand van de beleidscyclus. De werkzaamheden zijn georganiseerd via coördinatiepunten, elk in een ander deel van de beleidscyslus: - Beleidsontwikkeling, onder andere Omgevingsvisie, Omgevingsverordening en programma’s;
- Beleidsdoorwerking, onder andere visies en plannen van gemeenten, projectbesluiten en instructies;
- Uitvoering, onder andere vergunningverlening, toezicht en handhaving;
- Terugkoppeling, onder andere samenvattende monitoring en evaluatie.
Voor het soepel samenwerken en effectief doorlopen van de beleidscyclus is centrale afstemming tussen de kwadranten op beleidskeuzes, leren, ontwikkelen en betrekken van de rest van de organisatie geborgd. Deze samenwerking is in 2022 opgezet en wordt in 2023 verder uitgebouwd. Omgevingsvisie, Omgevingsverordening en programma’s
In de Omgevingsvisie leggen we onze integrale langetermijnambities en beleidsdoelen voor de fysieke leefomgeving van de provincie Utrecht vast. De Omgevingsvisie is een instrument uit de Omgevingswet en is zelfbindend voor de provincie. Wij streven ernaar de Omgevingsvisie actueel te houden, en actualiseren haar in principe eens in de vier jaar. De Omgevingsvisie is in 2021 vastgesteld. In de Omgevingsverordening staan al onze regels over de fysieke leefomgeving. Ook de Omgevingsverordening willen we actueel en goed toepasbaar houden. Daarvoor wordt de verordening periodiek gewijzigd. De vaststelling van de eerste wijziging is voorzien voor eind 2023. Al onze beleidsprogramma’s moeten passen binnen het samenhangende bouwwerk van visie, verordening en programma’s. Ook zijn er met de komst van de Omgevingswet vereisten waar programma’s aan moeten voldoen In 2022 heeft u hiervoor een werkwijze vastgesteld. Beoogd resultaat 2023 - De eerste wijziging van de Omgevingsverordening is vastgesteld.
- De organisatie werkt met de instrumenten Omgevingsvisie, Omgevingsverordening en programma's.
- De organisatie werkt in de geest van de Omgevingswet: één overheid, werken vanuit vertrouwen, rekening houden met diverse belangen, samenwerken en afstemmen.
| 